
Maakcontact, verbreekcontact of antivalent
Welke uitgangsfunctie is vereist?
Welke uitgangsfunctie is vereist? Bij binair schakelende sensoren, d.w.z. "aan" en "uit" schakelende sensoren, zijn er drie verschillende uitgangsfuncties. Het maakcontact, het verbreekcontact en de antivalente uitgangsfunctie.
Maakcontact

A (maakcontact)
Als er zich een object in het gebied van de actieve schakelzone bevindt, wordt de uitgang doorgeschakeld.
verbreekcontact

R (verbreekcontact)
Als er zich een voorwerp in de buurt van de actieve schakelzone bevindt, wordt de uitgang onderbroken.
Antivalent

NC (normally closed)
Maakcontact- en verbreekcontactfuncties zijn tegelijkertijd beschikbaar.
Als er nog meer sensorgegevens nodig zijn, zijn er tal van sensoren die een analoge uitgang of de nieuwe IO-Link-interface bieden.

Verbreekcontacten hebben een groot voordeel in het sensorbereik, omdat draadbreuk betrouwbaar wordt gedetecteerd.
Patrick Targonski, productmanager bij autosen


Producten met verschillende schakeluitgangen
